Maandelijks archief: september 2016

Biomarker en kinderkanker

uitzaaiingen

Een onderzoekgroep van het Antoni Leeuwenhoek heeft in samenwerking met het AMC een eiwit ontdekt dat het verloop van neuroblastoom kan voorspellen.

Een belangrijke ontdekking, want er is wetenschappelijk gezien nog weinig inzicht in deze vorm van kinderkanker.

De resultaten van het onderzoek zijn recent gepubliceerd in het vooraanstaand vakblad Cancer Cell

Neuroblastoom is een van de meest voorkomende vormen van kanker bij jonge kinderen.In Nederland worden ongeveer 35 kinderen per jaar er door getroffen.

Neuroblastoom is een tumor van het zenuwstelsel en ontstaat meestal in de buik. Opvallend is dat een neuroblastoom soms vanzelf weer verdwijnt bij patiëntjes onder de twee jaar, maar bij oudere kinderen groeit hij vaak door en is dan moeilijk te behandelen.

De onderzoeksgroepen hebben een stukje van de biologische puzzel gevonden. Zij ontdekten dat een eiwit genaamd GDE2 een rol speelt bij de ziekte.

Ht eiwit zit aan de buitenkant van de cel,en via een reeks van tussenstappen zorgt het er voor dat onvolgroeide neuroblastoomcellen gaan uitrijpen en bovendien minder beweeglijk worden. Dit laatste betekend dat de cellen zich minder makkelijk door het lichaam kunnen verspreiden om uitzaaiingen te vormen.

Patiënten met veel GDE2 hebben een veel gunstigere prognose. GDE2 kan dienen als een biomarker, een stof die iets zegt over het verloop van een ziekte.

Bron: Antoni van Leeuwenhoek, Cancer Cell.

Pijn en kanker

pills-384846_960_720

Het Antoni van Leeuwenhoek vraagt in de week van pijn aandacht voor het erkennen en herkennen van chronische pijn en de mogelijkheid voor een draagvlak voor doelmatige pijnbestrijding.

Doordat de afgelopen tien jaar de tegen kanker gerichte behandelingen zijn verbeterd, zijn er steeds meer mensen die kanker overleven en lijkt kanker meer op een chronische ziekte.

In de loop van deze kankerziekte kunnen wisselende pijnklachten ontstaan stelt de pijnarts Anne Lukas van het Antoni van Leeuwenhoek.

De kanker, of uitzaaiingen, kunnen pijn veroorzaken, maar ook de behandelingen.

Bijvoorbeeld door pijn na grote operaties of in de handen of voeten door chemotherapie.

Ook na een behandelingstraject blijven patiënten pijn houden.

Vroeger bestond de pijnbehandeling voornamelijk uit het toedienen van morfine, maar nu is pijnbestrijding een meer multidisciplinaire aanpak.

In het Antoni van Leeuwenhoek is een speciaal pijnteam dat na zorgvuldige analyse van pijnklachten – zenuwblokkades of verschillende pijnstillers gebruikt. Eventueel in combinatie met fysiotherapie, ergotherapie of psychologische ondersteuning.

De afdeling revalidatie, begeleiding en ondersteuning van het Supportive Care team en de moderne diagnostiek QST waarbij de kleinste zenuwvezels op gevoeligheid worden getest en geavanceerde beeldvormingstechnieken.

Veel van de geopereerde borstkanker patiënten houden pijnklachten.

Bij de operatie kan een gevoelszenuw worden doorgesneden of beschadigd. Wat kan leiden tot zenuwpijn.

Het speciale pijnteam kijkt niet alleen naar lichamelijke pijnproblemen, maar ook naar de beperkingen hierdoor en geeft uitleg hoe de pijnklachten kunnen ontstaan.

Bron: Antoni van Leeuwenhoek

Alcoholisme en leverkanker

alcohol

Nederlanders schatten, zo is gebleken uit een recent onderzoek van de Nederlandse Lever Stichting, dat 51 procent van de leverziekten komt door overmatig alcoholgebruik.

Het werkelijke  percentage ligt rond de 20 procent.

Op de vraag welke risicofactoren Nederlanders kunnen aangeven voor leverziekten, wordt door de ondervraagden (79%) alcoholgebruik als oorzaak genoemd.

De schattingen waren verder: overgewicht 25 %, erfelijkheid 20% en een virus dat chronische hepatitis veroorzaakt, 10%.

In de meeste gevallen heeft een leverziekte niets met alcohol gebruik te maken.

Zo’n 80% van alle leverziekten heeft andere oorzaken, zoals als bijvoorbeeld auto-immuunstoornissen of erfelijkheid.

De afgelopen 30 jaar was de trend om leverpatiënten het stempel van alcoholist te geven.

Hierdoor kregen patiënten regelmatig de aantekening van alcoholist in hun dossier.

Met allerlei negatieve gevolgen voor bijvoorbeeld verzekeringen.

Bron: NLV, Maag Lever Darm stichting, Gezondheidsnet.

Hoofd-halskanker

scan

3.000 mensen krijgen per jaar te horen dat ze hoofd-halskanker hebben.

Voor de meeste patiënten is de overlevingskans klein omdat de ziekte al lange tijd aanwezig is in het lichaam, maar pas  te laat wordt ontdekt.

Mensen zijn verbaasd als ze horen dat ze hoofd-halskanker hebben, vertelt Simone Eerenstein, KNO-arts en hoofdhals chirurg aan het VUmc.

Eerdere herkenning van de symptomen is zelfs hard nodig door de specialisten. Volgens Simone Eerenstein worden de symptomen vaak niet als ernstig ingeschat.

Als men er eerder bij is wordt de overlevingskans 80 procent. Anders is de kans 40 tot 50%.

Roken, drinken en orale seks kunnen de kans op hoofd-halskanker verhogen.

Symptomen van hoofd – halskanker:

pijnlijke tong, niet genezend wondje, rode of witte vlekjes in de mond, keelpijn, blijvende heesheid, pijn/of problemen met het slikken, zwelling in de hals of bloederige afscheiding uit de neus.

Bron: EHNS, VUmc, RTL Nieuws

Sigaret zonder nicotine

 

roken

Een sigaret roken zonder nicotine kan toch een bevredigend effect veroorzaken. Nicotine werkt namelijk omdat de roker er in gelooft. Dat is de conclusie uit een recent onderzoek.

Onderzoekers gaven 24 chronische rokers vier keer een sigaret.

De proefpersonen kregen een sigaret aangeboden met nicotine, maar de wetenschappers vertelden dat de sigaret geen nicotine bevatte.

Daarnaast kregen de rokers een sigaret zonder nicotine terwijl de onderzoekers aangaven dat er wel nicotine in zat.

Na het roken van een sigaret werd een MRI-scan gemaakt. De onderzoekers zagen in de hersenen toegenomen activiteit in de insula wanneer de rokers dachten een echte sigaret met nicotine te roken terwijl daar geen sprake van was.

Wetenschappers bestuderen al langer de samenhang tussen verslaving en dit gedeelte van het hersengebied.

Dat onderzoek kan waarschijnlijk beter verklaren waarom nicotine zo verslavend is.

Wanneer de roker niet gelooft dat hij of zij nicotine toegediend krijgt – al is dit werkelijk zo – dan blijft de roker verlangen naar een sigaret.

Mogelijk is dat de verklaring waarom nicotinepleisters niet zo goed werken.

Uit een ander Engels onderzoek blijkt echter dat E-sigaretten wel helpen om met roken te stoppen.

Bron: Belief about Nicotine Modulates Subjective Craving and insula Activity in Deprived Smokers. Front. Psychiatry, Scientias, nl

Operatie beginnende prostaatkanker

bestraling

In de beginfase van prostaatkanker is het niet altijd noodzakelijk om de kwaadaardige cellen direct te bestrijden met bestraling of operatie. Dat blijkt uit een onderzoek dat recent werd gepubliceerd in New England Journal of Medicine.

De kans om te overlijden aan prostaatkanker is niet erg groot. In de periode tussen 1999 en 2009 werden 1.643 mannen tussen de 50en 69 jaar geobserveerd.

Slecht een procent kwam te overlijden in die tien jaar.

De mannen werden in drie groepen verdeeld. Een deel bestraling, operatie en intensieve controle.

Onder de mannen die zorgvuldig in de gaten werden gehouden was het verloop van de ziekte progressiever dan in de andere groepen. Bijna de helft van de mannen kreeg toch uiteindelijk een operatie of bestraling. De winst zit hem vooral in de betere voorlichting van de patiënten.

De kans om aan prostaatkanker te overlijden is relatief klein, wel dat je aan de behandeling enig voordeel kunt hebben en de kans afneemt dat de ziekte zich verspreid buiten de prostaat.

De studie gaf ook inzicht in de bijeffecten van de behandeling. Mannen waarbij de prostaat werd verwijderd werden vaak impotent of incontinent. Mannen die bestraald werden kreeg vaak darmproblemen en impotentie, maar dat herstelde zich enigszins op den duur. Bij de bestraling werden er geen incontinentieproblemen geconstateerd.

De behandelmethodes zijn niet eerder op deze manier vergeleken en er blijkt uit dat mannen voldoende de tijd hebben om te beslissen wat ze willen doen.

Prostaatkanker komt zelden voor bij mannen onder veertig jaar. Gemiddeld is 66 jaar de leeftijd waarop prostaatkanker wordt geconstateerd.

Bron: Trouw, New England Journal of Medicine.

Tumorcellen vernietigen door stroomstootjes

Neuroblastoma

Met de beeldgestuurde kankertherapie Irreversibele elektroporatie (IRE), ofwel Nanoknife, vernietigen stroomstootjes de tumorcellen.

Uit het proefschrift van arts-onderzoeker Hester Scheffer blijkt dat de behandeling met Nanoknife uitzaaiingen van leverkanker vernietigt en alvleesklierkanker tijdelijk afgeremd kan worden.

Bovendien veroorzaakt de behandeling bij patiënten met alvleesklierkanker een immuunrespons, die mogelijk in de toekomst gebruikt kan worden om de vorming van uitzaaiingen te voorkomen.

Scheffer toont aan dat het een veilige techniek is met aanvaardbare risico’s en omliggende weefsel grotendeels spaart.

IRE wordt toegepast door een interventieradioloog bij patiënten met lever- en alvleesklierkanker waarbij een operatie niet goed meer mogelijk is vanwege de ligging van de tumor rondom bloedvaten of galwegen.

De verwachting is dat IRE in de toekomst steeds meer zal worden toegepast en een belangrijke plaats gaat innemen binnen het  oncologische behandelarsenaal.

Patiënten en verwijzers met vragen kunnen een email sturen naar

interventieradiologie@vumc.nl.

Vanwege grote belangstelling kan het enige tijd duren voordat u een reactie krijgt.

Bron: VUmc

Slokdarmkanker succesvol behandelen

borstkanker

Slokdarmkanker is in de nabije toekomst beter te behandelen zonder een ingrijpende operatie , zo blijkt uit het promotieonderzoek van Peter van Rossum bij het UMC te Utrecht.

Door gebruik te maken van geavanceerde scan-technieken wordt het effect van chemotherapie en bestraling nauwkeurig in beeld gebracht.

Hierbij kan bij een derde van de patiënten een operatieve verwijdering van de slokdarm worden voorkomen.

Ongeveer 2.500 mensen krijgen per jaar in Nederland slokdarmkanker.

Standaard krijgt een groot deel van deze patiënten chemotherapie en bestraling om de tumorcellen te vernietigen.

Maar uit het onderzoek blijkt dat bij een derde van de patiënten de slokdarm geen tumorcellen meer bevat na chemotherapie en bestraling.

Met de nieuwe scan-techniek kan vooraf worden bekeken of de operatie nog noodzakelijk is en zo overbehandeling voorkomen.

Tevens kan worden onderzocht of dankzij deze nieuwe techniek de chemotherapie en bestraling goed aanslaan.

Een MRI-scan blijkt in 90 tot 80 procent van de gevallen een betrouwbaar beeld te geven van de overgebleven kankercellen na chemotherapie en bestraling. Bij een PAT-scan is dat 70 procent.

In een vervolg onderzoek met ziekenhuizen in Groningen, Amsterdam en Houston (Texas) wordt bekeken of een combinatie van de twee scans een nog betere uitkomst geeft.

Bron: NGZ, UMC

Chemotherapie botkanker jongeren weinig zinvol

 

medications-342437_960_720

Een zwaardere chemotherapie biedt bij osteosarcoom, de meest voorkomende vorm van botkanker bij jongvolwassenen, geen voordelen.

De uitkomsten voor de meer uitgebreide behandeling waren gelijk aan die van een normale behandeling. Wel ervaarden de patiënten meer bijwerkingen.

Patiënten met osteosarcoom krijgen voor de operatie chemotherapie om de tumor te verkleinen. Na de operatie volgt opnieuw chemotherapie om eventueel achtergebleven tumorcellen te vernietigen.

Bij ongeveer de helft van de patiënten met deze vorm van kanker werkt de chemotherapie voor de operatie niet goed genoeg: er blijft meer tumorweefsel achter dan wenselijk is.

Hebben deze patiënten wellicht baat bij een extra zware chemotherapie na de operatie?

Botkanker is vrij zeldzaam en voor een onderzoek was internationale samenwerking nodig.

Aan het onderzoek namen 618 osteosarcoom patiënten mee die onvoldoende hadden gereageerd op de chemotherapie voor de operatie.

Zij werden verdeeld in twee groepen. De ene groep kreeg na de operatie de gebruikelijke chemotherapie. De andere groep kreeg na de operatie een chemotherapie aangevuld met medicijnen.

Drie jaar na de operatie leefde nog meer dan de helft van de patiënten zonder dat de ziekte was verergerd of teruggekomen. Wel bleek de ene groep meer bijwerking te ondervinden en het ontstaan van nieuwe kanker.

Het onderzoek bevestigde dat meer chemotherapie niet altijd beter is en er gewerkt moet worden aan aanvullende behandelingen met minder bijwerkingen.

Bron: LUMC, Lancet Oncology

Effectiever screenen op darmkanker

operatie

Grootschalige data-analyse, ontwikkeld door de Vrije Universiteit Amsterdam, heeft een voorspeller voor darmkanker aangewezen.

Namelijk een stofwisselingsziekte, genaamd het metaboolsyndroom.

Bij darmkanker is het van belang om in een zo’n vroeg mogelijk stadium de diagnose te stellen in verband met de overlevingskansen.

Screenen van ‘big data’ blijkt bijzonder effectief te zijn voor vroege opsporing van darmkanker.

Informatici van de VU zochten naar onderscheidene patronen in ruim 263.000 anonieme elektronische patiëntendossiers (EPD).

1.292 van de ruim 263.000 patiënten hadden de diagnose darmkanker gekregen.

De informatici van het VU vergeleken deze twee groepen door software in de data te laten zoeken naar de verschillen in aanloop naar de diagnose.

De onderzoekers vonden een nieuwe voorspeller.

Er was al een relatie bekend tussen darmkanker en het metaboolsyndroom, maar nog nooit eerder bewezen dat het metalboomsyndroom een voorspeller van darmkanker kan zijn.

Deze nieuwe techniek maakt het mogelijk om in termijn op basis van routine-dossiers gegevens van individuele patiënten gedurende een consult een risicoberekening te maken op darmkanker.

Wel of niet doorsturen voor verder onderzoek naar een ziekenhuis.

Jaarlijks vinden er ongeveer 200.000 darmonderzoeken plaats. Vooral om de dikke darmkanker uit te sluiten bij patiënten met klachten.

De nieuwe techniek maakt het ook mogelijk om nieuwe voorspellers van andere ziekten te vinden.

Bron: VU Amsterdam.